De Oostmolen
De Oostmolen, een lange tijd simpelweg ‘de molen van Kloetinge’ genoemd, staat aan de Kapelseweg en is de laatst staande molen van de vijf molens die Kloetinge telde.
Korenmolen
De Oostmolen diende als vervanging van de oude stellingmolen die in een zware decemberstorm van 1704 omwaaide. Net zoals de Koornbloem in Goes, gaat het hier om een korenmolen.
In 1826 koopt Arend Herdink, een arts in Wolphaartsdijk, de molen voor zijn zoon Pieter Jacobus. Wel 150 jaar lang blijft de molen vervolgens in de familie. Ook nadat de familie de molen uiteindelijk verkoopt, bleven mensen ernaar refereren als ‘de molen van Herdink’. Ook de naam ‘Oostmolen’ is waarschijnlijk niet heel origineel, maar wel historisch. Er was namelijk ook nog een Noord- en een Westmolen in Kloetinge.
Naast deze molens zijn er in de Kloetingse geschiedenis nog enkele andere opvallende molens, namelijk een zaagmolen en een grutmolen. Zaagmolen De Groote stond langs het spoor aan de Parallelweg en was, in tegenstelling tot wat de naam oproept, niet erg groot. De molen stond bovenop de werkplaats van Molenmakerij W.J. de Groote en Zonen. Hoewel het huis er nog staat, werd de molen al in 1939 afgebroken. De gemeente Kloetinge had nooit toestemming verleend voor de bouw van de molen. Daarnaast was er nog de Grutterij, een grutmolen gebouwd voor 1758 en afgebroken in 1839. Deze boekweitmolen stond tegenover de kerk aan het Geertesplein.
Momenteel zorgt de Stichting tot Behoud van de Molen van Kloetinge ervoor dat de molen onderhouden en draaiende blijft. Meer informatie hierover is te lezen op hun eigen website.
